dinsdag 13 september 2011

College week 3

13 sep. 11
Palladio.
De naam Palladio is een verwijzing naar de Griekse godin van de wijsheid. Deze naam kreeg hij omdat hij met zijn ontwerpen naar het goddelijke steeg. Hij was begonnen als steenkapper in Padua bij een van de meesters op dat gebied. Ook heeft hij veel invloed gehad van de oude meesters uit de Griekse en romeinse architectuur, filosofie etc. Een van de bekendste voorgangers van Palladio was: Sebastiano Gerlio.
Palladio had een eigen filosofie bij het ontwerpen en realiseren van gebouwen, namelijk eerst alles omschrijven (van functies van ruimtes tot detaillering van bijvoorbeeld kolommen), vooronderzoeken doen en daarna pas het daadwerkelijke tekenen. Hij werkte veel met mathematische verhoudingen, waaronder harmonische getallen reeksen. De goddelijke getallen waren belangrijk en hiervan is het getal 3 het eerste goddelijke getal dat daarin voorkomt. Dit omdat het een begin, midden en eind heeft. Verder staat het getal 3 voor de heilige drie-eenheid uit het christendom en staat 33 = 27 voor het hoogste getal, beschreven in het oude testament.
Niet alleen getallen, maar ook het kosmische stond centraal voor Palladio. De mens is een afbeelding van god/kosmos. Hij keek ook op verschillende niveaus, namelijk: micro, macro en kosmos.
Alles moest meetbaar zijn voor de omgeving. Zo moeten de maten en verhoudingen in de villa’s je meteen aanspreken en zonder verdere uitleg begrijpelijk en voelbaar zijn.
De stijl  van Palladio is onder te verdelen in twee regels:
-          Ontwerpregels (uiterlijke verschijning)
-          Constructieregels (de ordening van de constructie)
Bij de ontwerp regels zou je de volgende termen ook kunnen plaatsen: elegant, mooi, duurzaam, symmetrie, ornamenten (alles moet zojuist mogelijk worden toegepast) en economisch. De villa’s van Palladio waren voor redelijk rijke mensen. Dus niet voor de allerrijkste. Om de kosten voor de bouw toch binnen de perken te houden werd er gebruik gemaakt van goedkope materialen en deze werden dan mooi bekleed, de villa’s waren als het ware verkleed, ze dragen een masker. Een ander aspect waar Palladio veel mee bezig was, was de omgeving. De villa’s werden nooit in een vallei gebouwd. Hier was de lucht van mindere kwaliteit, het was te vochtig dus slecht voor bijvoorbeeld de opslag van granen en er komen veel beesten op af en het was te verborgen, zo werd je niet gezien en kon je de landerijen ook niet in de gaten houden.
Palladio bouwde ook niet in de buurt van stilstaand water, dit zou ook slecht zijn voor de gezondheid en trekt tevens veel ongedierte aan.
De opbouw van de villa’s is ook vaak het zelfde. Er wordt gebruik gemaakt van twee verschillende assen. Een agrarische en een culturele as. Dit werd gedaan om het verschil in klasse en  verschillende functies van de ruimtes aan te geven.
Dit verschil in klasse en functie werd ook aangegeven in de plattegronden van de villa’s. Op de eerste verdieping waren de verblijfsruimtes van de landheren. Hier werden ook de recepties, huwelijken en theatervoorstellingen gehouden. De ruimtes waren verheven boven de begane grond, waar de verblijfsruimtes van de arbeiders waren en de functionele ruimtes, denk aan wasruimte en keuken, om het stand verschil duidelijk weer te geven en om zo meer aanzien te verwerven.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten