'Alberti en de Renaissance'
Basis-gedacht en hun figuren:
Cirkel - Vierkant
Hemel - Aarde
Oneindig - Eindig
Niet-manifest - Manifest
Essentie - Ding
Interne oorzaak - Uitwendig effect
Alles omvattend - Wat omvat wordt
Centrum - Vier richtingen
God - (Mens)
'Een kerk als gemaakte afspiegeling van perfectie'
Tempiëtto van Bramante (ronde vorm, cilinder)
In de vroege Renaissance werd er gesproken van een Portico --> De overgang van openbare ruimte naar de heilige ruimte. Deze overgang werd ook bereikt door de kerk op te tillen, zo werd het verheven boven de buitenwereld.
Men wilde zuivere architectuur op alle niveaus bereiken. Een ronde vorm, verhouding van de diameter en de hoogte van de cilinder. Alberti gebruikte ook de 'zuivere kleur' wit en daarbij zo min mogelijk schilderingen en beelden (in tegenstelling tot Palladio).
Pantheon en Kapel Maser (bij Villa Barbaro)
Pantheon
Kapel Maser
Portico van het Pantheon --> overgang van het provane naar het heilige.
Sommige porticco's werden destijds rondom het gebouw geplaatst, bij het Pantheon werd hij er echter voor geplaatst.
Voor Kapel Maser geldt dat alles wat naast de cirkel staat (opgetild) in relatie staat tot de cirkel.
Leonardo da Vinci
Schetsen van Leonardo da Vinci --> cirkel wordt in het vierkant verweven, dit creeërt een eenheid en zorgt voor absolute schoonheid.
Hij past ook het Griekse kruis in zijn plattegrond toe, met gelijke armen.
Uiteindelijk werd hetgeen wat er in de kerk plaatsvond (dienst) bijna minder belangrijk dan het gevoel wat je moet krijgen als je het gebouw binnenkomt.
Verhoudingen, lichaamsmaten
in de plattegrond...
maar ook in de hoogte...
én in de details!
-----
Alberti liet het vierkant en de cirkel fuseren en kwam zo tot het Griekse kruis.
Volgens Alberti moest een kerk aan de volgende punten voldoen:
- vrijstaan, missen op een mooi plein
- sokkel boven het alledaagse
Vroege visie:
- geen bogen
- strenge entablement
- wit
- geometrisch vloerpatroon
- hoge ramen
- muziek en harmonie
Alberti's probleem:
verzoening tussen het architectonische basiselement en de Griekse-Romeinse Renaissance
Romeinen --> Muur = basis, vlak
Grieken --> Zuil = basis, sculpturaal
Gat in de muur Iets waar je omheen kunt
Triomfboog van Constantijn, Rome
Als ze na de oorlog terug kwamen --> triomfboog als symbool van macht en
'wij hebben gewonnen!'
Samenvatting:
Grieken:
Functionele betekenis van zuil + sculpturaal
Romeinse architectuur:
Maakt Griekse zuilen tot wanddecoratie: cohesie van de muur
Probleem van tegenstrijdigheid:
Zuilen niet uit de muur gesneden maar als boog!
Een door zuilen gesteunde boog is niet samenhangend
Albert's compromis:
- Renaissanse is muurarchitectuur
- zuil is ornament
- bogen gesteund door pilaren
- zuil blijft de belangrijkste decoratie
Later:
Pilaten worden Pilasters
Alberti zoekt logica tussen Griekse architectuur en muurarchitectuur